1. Ekorn har ikke ‘mandag vaskedag’. Han/hun er bare interessert i mat. De Eekhoorn is er weer op maandagochtend. Geen ‘maandag-wasdag’ voor Eekhoorn

2. Han har oppdaget mer mat. Hij heeft eindelijk de zaadbol ontdekt

3. Han holder seg med bakbeina. Hij houdt zich vast met zijn achterpoten

4. Etterpå sjekket jeg om han spiser plast, men det gjør han ikke. Ik heb het netje gecontroleerd, maar hij peutert het zaad tussen de mazen door

5. Nytt prosjektet: lokke Ekorn i ekornhuset vårt. Een nieuw project gestart: het lokken van de Eekhoorn in het eekhoornhuis