1. Op dinsdag 15 mei zwaait David ons uit. Wij gaan van Toronto naar Tobermory. Natuuuuuuuurlijk niet via de dubbele wegen, maar vooral over B en C wegen. Hoe smaller hoe beter. We zijn onverbeterlijk. Bij Tobermory houdt de wereld op. De volgende dag pakken we de pont. Reisduur pont: Harlingen – Skylge
|
2. Toronto is omringd door voorsteden. In Toronto wonen 2,8 miljoen mensen. In Toronto e.o. wonen maar liefst 6,1 miljoen mensen. Een deel woont hoog, een deel woont in laagbouw waarvan een groot aantal huizen in één wijk hetzelfde is
|
3. De verkiezingen komen er aan. In de tuinen van Canadezen staan daarom dergelijke borden. Grappig. Niks geheim, dat stemmen. De buurman stemt op Jones, het huis er naast op ….
|
4. Na de voorsteden (ik schat zo’n 100 km vanaf Toronto Down Town) beginnen de graanschuren en veeboeren weer
|
5. Haaaaa, dit diepen wij nog uit. Hier wordt gesjouwd op de lange latten! Noors park, Noorse kerk, nu sportievelingen uit de Nordic landen
|
6. Misschien luiden die Noordse lui de bel wel, als de latten ondergebonden kunnen worden?!
|
7. Op weg naar Collingwood, aan de kust van Georgina Bay, daalt “zee”mist neer
|
8. De zon wint. In Collingwood is het zicht terug
|
9. Inuksuk langs de kust, zie ook Inuksuk
|
10. Deze Roodborstlijster huppelt op het haventerrein rond
|
11. Beetje groot voor Collingwood?
|
12. Soms loopt ons “kleiner-dan-kleine-weg” fout af, zoals hier. Dat huur-vehikel heeft geen zwemdiploma!
|
13. Langs deze kust zijn privé stranden. Zou je een schot hagel krijgen, als je er in jouw zwembroek rond huppelt?
|
14. Op de kaart staan ski-poppetjes. De sneeuw is nog niet helemaal verdwenen. We komen later in de parken ijsplaten tegen! Ik blijf het spannend houden 😉
|
15. In deze regio wijn- en appelboeren
|
16. Als er auto’s staan, dan kun je er prima eten. De buitenkant is bijzaak! Het zag er niet uit, maar was eettechnisch verantwoord
|
17. Meaford Harbour is leuker dan Collingwood. Het stadje is ook gezellig
|
18. Zelfs Georgian Bay is een enorme plas water
|
19. Schubird doet ons denken aan de karakters van Aukrust (Noorse auteur, Tynset)
|
20. De tuinstoelen wijken domweg niet af van dit model
|
21. Het gemeentehuis in Meaford
|
22. Met dit standbeeld ter herinnering aan 1914-1919
|
23. De hoofdstraat doet ons denken aan een ouderwetse Engelse straat
|
24. De meeste boten staan nog op de kant. Deze Canadezen, links, zijn “druk” aan’t klussen
|
25. Ook nog een heus museum! Maar… die zijn nagenoeg overal dicht. Het seizoen is nog niet begonnen
|
26. De plaatselijke bekkenbeul mét humor
|
27. Vervallen en te koop in het centrum. Doordringende boodschap om niet zomaar op bezoek te gaan in het pand. Deze waarschuwingen zien we regelmatig
|
28. STOP! De lichten van de schoolbus knipperen. Het verkeer aan beide kanten staat stil, totdat de lichten weer uitgaan. Negeer jij dit? De buschauffeur noteert de boosdoener en dan val jij in de prijzen!
|
29. Wij krummelen verder langs de kust richting Georgian Bluffs, stijl omlaag
|
30. Een terugblik op der kust richting Collingwood
|
31. We vervolgen onze tocht naar Cape Croker, een Aboriginal gebied
|
32. Er ligt een vissersschuit. Op zoetwatervis? Ik denk dan aan “gratenbakkies”
|
33. Het woord “N” is verboden, maar… er is écht vergelijking. Dit probleempje lost zich vanzelf op
|
34. Richting Cape Croker komen we in Aboriginal territory
|
35. We willen eigenlijk doorrijden naar de vuurtoren, rechts bovenin het schiereiland. Iets verder dan wij ingeschat hebben. Een Aboriginal stopt zijn auto naast ons huurblik en vraagt vriendelijk of wij hulp nodig hebben? De aardige man weet niet, dat wij slechts een vraag op het stuur hebben liggen over “hoeveel km gaan wij over dit zandpad verder én terug?”
|
36. Nee, deze hoofdtooi draagt hij niet (meer)
|
37. Zó blauw, zó mooi
|
38. Cape Croker en verder
|
39. Een etiket plakken mag niet, toch? Maar… het is wél opvallend, dat juist bij de Aboriginals Jan Steen heeft huisgehouden. Niet in de keuken, maar in de voortuin
|
40. Indian Reserve of Cape Croker. Dit navigatiesysteem heeft niks met het vermijden van het woord “Indian”
|
41. Het zijn geen incidenten. Het is structureel
|
42.
|
43. Eindeloze meren met inhammen zoals deze
|
44. Met krijtrotsen
|
45. Ik dacht aan een Kuifeend, maar het is een hij en zij Mergus serrator / Middelste zaagbek, oftewel een Visetende duikeend. Vis genoeg!
|
46. Het gemiddelde van kilometers/uur ligt niet zo hoog. Harco mijmert langs Georgina Bay
|
47. Geen idee wat daar in die boom hangt. Je moet ook niet alles willen weten, toch?
|
48. In al deze pracht passeren wij koeienboeren, waarbij wij meelij hebben met het vee. Zoveel ruimte en dan toch tussen de eigen drollen moeten bivakkeren?
|
49. Wij dwalen af naar Lion’s Head, waar de boten ook nog op de kant staan
|
50. Weer zo’n snoekduik naar beneden. Never a dull moment
|
51. Opnieuw krijtrotsen langs Georgian Bay
|
52. Aquagreen
|
53. De bossen langs de wegen verder inlands, staan met hun wortels in het water
|
54. We zijn aangeland in zonovergoten Tobermory, waar een heuse reddingsboot aangeeft hoe groot deze binnenmeren zijn!
|
55.
|
56. We eten bij de plaatselijke kroeg. Hij, de uitbater, heeft er lol in, zijn prijzen ook
|
57. De baas van Shipwreck is derhalve bij lange na niet gestrand
|
58. Humor heeft hij wel: een parapluutje op de gefrituurde garnalen
|
59. De motels in Ontario hebben blijkbaar twee kingsize bedden. Het tweede bed is een mooie dumpplek voor onze bagage
|
60. Een magnetron, koffiezetapparaat met padjes voor een pot koffie (!), thee, koelkast. Wij redden ons wel
|
61. Het bad is uit één stuk plastic. Ook dit herhaalt zich in de motels. Morgen de pont op en… sneeuw?
|
|
Comments
Sportieve Noren achtervolgen ons — No Comments
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>